Grote plant met grote, okergele straalbloemen. De bloemblaadjes zijn opgerold waardoor ze op kleine lepeltjes lijken. Groeit uit tot grote planten met lange, vertakkende bloeistelen. Bloeit de hele zomer.
Als ‘Henry Eilers’, maar korter. Past daardoor beter in de hedendaagse kleine tuin. Smalle, opgaande groeiwijze en warmgeel gekleurde bloemen die mooi combineren met grassen.
Viltig blad, purper bij het uitlopen maar later in het seizoen groen. Bloeit met zachtgele bloemetjes boven het dan nog purpergekleurde blad. Groeit vrijwel overal: in droge schaduw maar ook in volle zon, maar dan niet te droog.
Viltig blad, purper bij het uitlopen maar later in het seizoen groen. Bloeit met zachtgele bloemetjes boven het dan nog purpergekleurde blad. Groeit vrijwel overal: in droge schaduw maar ook in volle zon, maar dan niet te droog.
Normaal gesproken zijn dit grote, hoge planten, deze blijft wat lager. Grote felgele bloemen aan vertakkende stelen die goed boven het grote blad uitkomen.
Een nieuwe mini Guldenroede met een compacte groeiwijze. Bloeit lang met citroengele bloemen. Steriel, bloeit daardoor extra lang.
Stond in het Zuidlimburgse Bommerig langs de kant van de weg en er zat zaad in. Het blad is driehoekig van vorm, boven in de plant wat meer langwerpig. De lipbloemen hebben een grote onderlip, de geelwitte kleur is niet spectaculair. Groeit graag aan de rand van bosschages.
Duidelijk een Ruit met Th. flavum-bloed. Een statige plant met het bekende akelei-achtige blad en bloemen in kleine dichte gele pluimen.
Stevige planten met voor een Thalictrum opvallend groen blad, geen spoortje van het grijsgroene dat ze normaal hebben. De pluizige bloemen hebben een prettige zachtgele kleur en geuren heerlijk. Uitstekende bijenplant.
Stevige planten met voor een Thalictrum opvallend groen blad, geen spoortje van het grijsgroene dat ze normaal hebben. De pluizige bloemen hebben een prettige zachtgele kleur en geuren heerlijk. Uitstekende bijenplant.
Vooral geplant vanwege het grijsgroene varen-achtige blad maar hoewel de bloei niet spectaculair is, is het zeker niet onaardig: zachtgele bloemen in ijle pluimen. Bescheiden maar zeker de moeite waard.
Gevonden in Kirgizië. Grote planten, de naam minus slaat op de grootte van de bloemen. Vormt een grote pol grijsgroen blad, bloeit met veel kleine, geelgroene bloemen die in grote pluimen hoog boven het blad staan. Houdt van zwaardere grondsoorten, niet van droge, zonnige standplaatsen.
Stevige, opgaande stelen met mooi grijsgroen blad en grote, zachtgele bloemtrossen. Betere soort dan de veel aangeboden Th. flavum.
Stevige, opgaande stelen met mooi grijsgroen blad en grote, zachtgele bloemtrossen. Betere soort dan de veel aangeboden Th. flavum.
Bontbladige Tricyrtis, donkergroen met een cremewitte rand. Lijkt in eerste instantie meer op een Hosta dan op Tricyrtis. De bloemen komen in Augustus tevoorschijn en zijn zachtgeel met kleine paarse stippen. Niet in de zon planten, dan wordt het blad gelig.
Langzaam groeiende bosplant voor humusrijke grond. Het drietallige blad is gevlekt. Groeit langzaam maar kan zich uitzaaien, helaas bloeien zaailingen pas na een aantal jaren. Geduld!