Makkelijk groeiend grasje, breidt zich sneller uit dan de meeste grassen en is daarom een goede vakkenvuller. Bloeit vanaf de vroege zomer met geelgroene pluimpjes.
Laagblijvend grasje met opvallende donkere bloeiwijzes en groen blad dat in het najaar blauw verkleurt. Houdt niet van natte grond maar verder probleemloos. Goede bodembedekker.
Wintergroene lelie-achtige met zwaardvormig grijsgroen blad en witte bloemetjes in lange smalle trosjes. Kan in strenge (natte) winters bevriezen maar zaait zich dan wel iets uit.
Lijkt op de inheemse Smeerwortel maar komt oorspronkelijk uit de Kaukasus. Een plant om snel grote vlakke mee te bedekken, vooral als de standplaats niet te droog is groeit hij makkelijk uit tot een grote pol. De bloei is eerst wit met blauw, later meer roze.
relatief groot blad met een prachtige tekening: de nerven zijn zilvergrijs en de randen donkerpaars. Bloeit lang met pluizige lila bolletjes aan dunne, vertakkende stelen.
Klein verhoutend struikje met kleine, sterk geurende blaadjes. De bloemen geven nectar met een zeer hoog suikergehalte, zeer interessant voor bijen! Snoei tijm nooit voor de winter!
Goed vergelijkbaar met de ‘gewone’ Thymus vulgaris maar blijft iets kleiner. Blijft een bolvormige plant.
Polvormende Tiarella met handvormig groen blad, smalle aartjes met witte stervormige bloemetjes uit roze knoppen. Mooie rode herfstkleur. Mooi als onderbeplanting onder heesters, houdt van beschaduwde standplaatsen op humusrijke grond.
Polvormende Tiarella met handvormig groen blad, smalle aartjes met witte stervormige bloemetjes uit roze knoppen. Mooie rode herfstkleur. Mooi als onderbeplanting onder heesters, houdt van beschaduwde standplaatsen op humusrijke grond.
Insectenmagneet! Kort levende vaste plant die de hele zomer bloeit met korte donkerroze aartjes. Houdt van voedzame grondsoorten en staat het leifst in de zon.
Klaversoort met opvallende zilvergrijs behaarde bloeiaren en roze bloemen. Dicht, bossige groeiwijze met de bloemen mooi boven het blad. Groeit op iedere niet te rijke grondsoort. Bijenplant.
Kaapse Knoflook. Allium-achtige voor goed afwaterende grond en dan nog is de winterhardheid twijfelachtig: liever in een pot dus. Heeft een knoflooksmaak die niet blijft hangen, dus geen slechte adem.
Stinzeplant, verwilderd in Friesland, het Utrechts rivierengebied en de duinen aan de Noordzeekust. De bloemknoppen zijn donkergeel met iets oranje erin en staan mooi van de stelen af. Als de knoppen opengaan worden knalgele stervormige bloemen zichtbaar. Geen bosplant, groeit in grasland op voedselrijke, vrij vochtige grond in de volle zon.