Grote pollen met groot, iets ingesneden blad. Wintergroen. De bloemen zijn wit en staan in losse pluimen. Houdt niet van droge warmte maar is verder niet kieskeurig.
Snelgroeiende bodembedekker voor de schaduw. Vriest in de winter flink terug. Het blad heeft een mooie zilvergrijze gloed, duidelijk zichtbare nerven en donkere stelen. De bloemen openen wit maar verbloeien naar warmgeel.
Donkerrode bolletjes die mooi boven het grijsgroene blad staan. De bloemen lijken wel wat op die van Scabiosa, maar dan kleiner.
Iets kleiner dan de soort, verder vergelijkbaar. Mooie wijnrode bloemen die aan dunne stelen boven het grijsgroene blad staan.
Donkerrode scabiosa-achtige bloemen die aan dunne stelen boven het grijsgroene blad wiegen. Op te voedselrijke grond buigen de stelen te ver door en hebben de planten ook moeite om de winter door te komen.
Witbloeiende Liriope. Breidt zich langzaam uit met ondergrondse uitlopers; goede bodembedekker voor (half)schaduw.
Onbekende soort uit China. Bloeit met kleine witte bloemetjes aan donkerrose stelen. Groeit op vochtige grondsoorten in zon of halfschaduw.
Onbekende soort uit China. Bloeit met kleine witte bloemetjes aan donkerrose stelen. Groeit op vochtige grondsoorten in zon of halfschaduw.
In zachte winters wintergroen. Bloeit met koperkleurige bloeiwijzen die zilverkleurig afrijpen.
Laagblijvende Molinia, tot 80 cm, met mooie donkere aren. Hangt niet uit, blijft netjes rechtop staan.
Statige, groene variëteit. In het najaar verkleurt de plant okergeel met bruin.
Kleinere vorm van het inheemse pijpenstrootje. Groeit op vochtige, niet te rijke grond.
Nette groeiwijze met lange, smal blad en donkere aren. Hangt iets over.
Mooie middelhoge Molinia met rechtstaande bloeistelen en laag, overhangend blad. De bloei heeft inderdaad wel iets weg van fakkels, geelbruin en hoog boven het blad.
Groene Panicum waarvan het blad niet grijs of rood verkleurt zoals bij veel andere Panicums. Goede snijbloem. Houdt van iedere niet te droge standplaats in de zon.